Huis met de Hoofden
Op de Keizersgracht 123 staat een fraai 17e eeuws gebouw op een dubbele grachtenkavel, met zes prominente hoofden op de voorgevel. Het staat bekend als het Huis met de Hoofden en werd in 1622 gebouwd voor Nicolaes Sohier, een rijke kousenkoopman en kunstverzamelaar, die hier 12 jaar lang woonde. Hoewel het ontwerp van de gevel in Renaissancestijl gewoonlijk wordt toegeschreven aan stadsarchitect Hendrick de Keyser (1565-1621), werd het waarschijnlijk voltooid door zijn zoon Pieter de Keyser (1595-1664). Het pand is een rijksmonument.

Huis met de Hoofden op de Keizersgracht 123 (juli 2021).
Er is vrijwel geen enkel ander grachtenpand in Amsterdam uit de vroege 17e eeuw waarvan het interieur zo goed bewaard is gebleven, de indeling is nog grotendeels oorspronkelijk. Dit is één van de drie overgebleven huizen uit die tijd met een annex eraan vast (de andere twee zijn de Dolphijn uit 1600 op het Singel 140 en het Huis Bartolotti uit 1617 op de Herengracht 170). Sinds 2017 is hier de Embassy of the Free Mind, een museum, bibliotheek en platform voor vrijdenken, gebaseerd op de filosofie achter de Bibliotheca Philosophica Hermetica collectie (de Ritman bibliotheek).

Kijkje langs de Keizersgracht, richting zuidwesten naar de Leliegracht (juni 2022).
Voorkant van het gebouw
Behalve de hoofden heeft de Renaissance voorgevel rolornamenten, vazen, obelisken, leeuwenkoppen en zuiltjes. Vóór het huis een dubbele stoep (met nog de originele 17e eeuwse trapleuning) en een kleine poort aan de rechterkant van het huis, die toegang gaf tot een gang die doorliep tot aan het koetshuis achter het gebouw. Boven de poort was een kamer voor de koetsier. De stijl van het huis lijkt op die van Huis Bartolotti, dat ook door Hendrick de Keyser werd ontworpen.

Voorkant van het Huis met de Hoofden met de hoofdingang (juni 2022).
De zes hoofden
De vroegste vermelding als het Huis met de Hoofden dateert uit 1715. Het huis kreeg die naam natuurlijk vanwege de zes hoofden aan de voorgevel — technisch gezien zijn het trouwens geen hoofden maar korte borstbeelden. Ze zijn bijna 1 m hoog en 50 cm breed, waarschijnlijk aangebracht door tweede eigenaar Louis de Geer (1587-1652), een Nederlands-Zweedse ondernemer, bankier en industrieel, die ook betrokken was bij de Zweedse slavenhandel.
De hoofden stellen zes Romeinse goden voor, drie mannen en drie vrouwen: Apollo met een lauwerkrans (kunst), Ceres met graanhalmen (landbouw), Mercurius met gevleugelde helm (handel), Minerva met helm met veren (wijsheid), Bacchus met druivenranken (wijn) en Diana met een halve maan (jacht). De hoofden links en rechts boven de ingang, Mercurius en Minerva, betekenen dat De Geer gezien wilde worden als “mercator sapiens”, een handelaar in zowel commercie als wijsheid.

Boven de hoofdingang Mercurius (links) en Minerva (rechts), symbolisch voor de “mercator sapiens” (juni 2022).
Het koppelen van Mercurius en Minerva stond ook symbool voor de verschillende takken van kunst. De hoofden of borstbeelden kijken steeds een verschillende kant op — ze zijn ook afwisselend mannelijk en vrouwelijk, wat gebruikelijk was tijdens de Nederlandse Renaissance. De linkerkant staat voor de ochtend en middag (handel en activiteit), de rechterkant staat voor avond en nacht (studie en overdenking).
Stadslegende
Een stadslegende, waarschijnlijk uit het midden van de 17e eeuw, verhaalde dat de zes hoofden van zes dieven waren die het gebouw wilden binnendringen en werden gedood door de keukenmeid met een bijl. Als beloning voor haar moedige optreden zou de eigenaar vervolgens de zes hoofden hebben laten aanbrengen op de gevel. Haar hoofd zou dan het missende zevende hoofd zijn geweest. Het verhaal werd al in 1861 als verzonnen afgedaan, want bijna identieke verhalen deden de ronde in het oosten van het land.

Huis met de Hoofden, hoofd van Diana naast de koetshuispoort (juni 2022).
Tijdslijn van bewoners
- 1622 – Nicolaes Sohier (1622-1635).
- 1634 – Louis de Geer (1587-1652).
- 1652 – Laurens de Geer (1614-1666).
- 1656 – Filosoof Jan Amos Komensky (Comenius) was de gast van Laurens de Geer tot 1670.
- 1746 – Laatste en 4e generatie De Geer in het huis.
- 1752 – Anthoni Grill (1705-1783) huurt het huis van de erfgenamen tussen 1752 en 1775. Het handelshuis van zijn oom voorzag de VOC tussen 1722 en 1731 van zilver voor de handel met Azië.
- 1779 – Zweedse achterneef Louis de Geer erft het huis, maar woont er zelf nooit. Zijn zoon verkoopt het huis.
- 1791 – Diederik van Leyden Gael (1775-1846), vroegere burgemeester van de stad Leiden.
- 1811 – Kunsthandelaar Cornelis Sebille De Roos (1754-1820) houdt hier grote kunstveilingen. Hij verkocht Rembrandt’s Anatomische Les aan de Nederlandse staat in 1928.
- 1865 – De stad wordt eigenaar, er komt een HBS, die in 1869 naar de Keizersgracht 177 verhuist.
- 1869 – Openbare Handelsschool, verhuist later naar het Raamplein.
- 1907 – Restauratie, latere toevoegingen achter worden verwijderd.
- 1909 – Amsterdamse Conservatorium en Muziekschool.
- 1920 – Steen geplaatst ter herinnering aan Comenius.
- 1931 – Bonthandelaar Aron Heertje (1903-1983).
- 1954 – Verbouwing, restauratie van de rechter achtergevel.
- 1981 – Restauratie.
- 1983 – Gemeentelijk Bureau Monumentenzorg.
- 2005 – Bureau Monumenten & Archeologie verhuist naar De Bazel op de Vijzelstraat.
- 2006 – Gekocht door Joost Ritman, interieur wordt gerestaureerd.
- 2007 – Embassy of the Free Mind (met de Bibliotheca Philosophica Hermetica).
- 2019 – Restauratie van de voorgevel, familiewapens van Louis de Geer en zijn vrouw Adrienne Gérard op de voorgevel (overgenomen van de schouw), een leeuw bij de ingang en een globe bovenop de gevel.

Ondertrouw van Nicolaes Sohier en Susanna Hellemans in april 1621, linksonder (Stadsarchief Amsterdam).
Nicolaes Sohier (1622-1635)
Nicolaes Sohier (1588-1642) was een steenrijke kousenkoopman, tevens zakenpartner van Jacob Jacobsz Bicker (1581-1626), die schepen van Amsterdam was in 1625. Sohier was getrouwd met Susanna Hellemans, de zuster van de tweede vrouw van dichter en historieschrijver P.C. Hooft. Hij kocht een dubbele kavel op de Keizersgracht in 1621 en liet daar dit huis bouwen door De Keyser in 1622. De gevel en de indeling van het huis lijken op Huis Bartolotti, dat eigendom was van Sohier’s zwager Jan Baptista Bartolotti.
Nicolaes was een groot liefhebber van kunst, muziek en architectuur — hij stond bekend om zijn liefde voor Venetiaanse muziek en was een actief lid van de culturele eltie in Amsterdam in de 17e eeuw. Hij bezat ook een aantal schilderijen van Peter Paul Rubens (1577-1640). Kort nadat hij hier introk stierven zijn vrouw en zijn twee dochtertjes. In 1634 verkocht hij het huis aan wapenhandelaar Louis de Geer. Hij verhuisde toen naar zijn nieuwe woning, ontworpen door Philips Vingboons, aan de Herengracht 237 (dat huis werd in 1881 afgebroken).

Hoofd van Ceres (landbouw) op het Huis met de Hoofden (juni 2022).
Louis & Laurens de Geer
Na 1634 werd het huis bewoond door vier generaties van de invloedrijke familie De Geer. Wapenhandelaar en geschutsfabrikant Louis de Geer (1587-1652) was de zwager van wapenhandelaar Elias Trip. Hij vestigde gieterijen, koper- en zilvermijnen in Zweden — hij was raadsman van de Zweedse koning Gustaaf II Adolf en regelde ook een aantal forse leningen voor hem. Louis de Geer was een duidelijk voorbeeld van de grote economische groei en voorspoed in de Nederlandse Republiek gedurende de zogenaamde Gouden Eeuw — en ook van geld verdienen zonder enige morele beperking.

Links: Louis De Geer de Oudere (1587-1652), detail van een schilderij van David Beck uit 1650 (Nationalmuseum, Stockholm).
Rechts: Portret van Laurens de Geer (1614-1666), detail van een schilderij van Abraham de Vries (1613-1649).
Iets verderop op de gracht, op Keizersgracht 149, staat een huis dat De Coninck van Sweden heet uit 1621, met een beeld van Koning Gustaaf Adolf II van Zweden op de gevel. Louis de Geer woonde hier waarschijnlijk eerst — hij onderhield nauwe zakelijke betrekkingen met de koning van Zweden, die hij ook enorm bewonderde.

Beeld van Koning Gustaaf Adolf II van Zweden op de gevel van Keizersgracht 149 (juni 2022).
Als één van de grootste wapenhandelaren in de Nederlandse Republiek verkocht hij kanonnen aan veel Duitse Protestantse partijen, aan de Nederlandse Admiraliteit en aan de VOC en WIC, evenals aan Zweden in de Zweeds-Deense conflicten. Hij maakte grote winsten gedurende de enorm bloedige Dertigjarige Oorlog (1618-1648), waarbij veel Europese landen betrokken waren. Dat conflict was begonnen door onenigheden tussen Katholieken en Protestanten, maar werd al snel een strategische oorlog tussen de Oostenrijkse en Spaanse Habsburgs en het Franse Huis Bourbon.
Kort na zijn intrek in dit huis verloor Louis zijn vrouw en dochter. Toch was hij aan het huis verknocht en hij zette in zijn testament dat het altijd in de familie moest blijven. Hij veranderde flink wat aan het interieur en liet een monumentale schouw plaatsen met zijn familiewapen erop. In een galerij achter het huis had hij schilderijen hangen van zijn Zweedse mijnen — die schilderijen zijn nu in Zweden. Louis stierf in 1652, waarna zijn zoon Laurens (1614-1666) zijn intrek nam in het huis.

Achterkant van het Huis met de Hoofden, gezien vanuit de tuin (juni 2022).
Steun voor vrijdenkers
De familie De Geer, zelf gevlucht vanwege religieuze conflicten en inquisitie in Vlaanderen, besloot om vrijdenkers zoveel mogelijk te helpen en steunen — Amsterdam werd in die dagen als (relatief) tolerant gezien en was een redelijk veilige haven geworden voor veel zogeheten tegendraadsen. Louis en zijn zoon Laurens maakten hun huis tot een ontmoetingsplek voor hen — beiden zagen ze geld als een middel om sociale en maatschappelijke veranderingen te bewerkstelligen. Hun verheven esoterische idealen verhinderden hen echter niet om bij de slavenhandel betrokken te raken — Louis in Zweden en Laurens met de WIC (West-Indische Compagnie). Er is een soort gelijkenis hier met de aan hen verwante familie Trip, die zorgvuldig een publiek imago van zichzelf opbouwde als “wapenhandelaars van de vrede”.

Detail van een schilderij van Jürgen Ovens uit 1650-1670, portret van Comenius (Jan Amos Komensky) (Rijksmuseum).
Louis en Laurens steunden actief de publicatie van werken van andersdenkende schrijvers en filosofen. Van 1656 tot 1670 was de Tsjechische filosoof en onderwijsvernieuwer Jan Amos Komensky (Comenius, 1592-1670) bij hen te gast, die hier werkte aan zijn boek Didactica Magna (Grote Onderwijsleer). Het boek, over hervorming in het onderwijs, werd in 1657 in Amsterdam uitgegeven. Louis de Geer zorgde ook dat Comenius een aanstelling kreeg om het Zweedse onderwijssyteem te hervormen. De familie De Geer bouwde — waarschijnlijk met de hulp van Comenius — een uitgebreide bibliotheek van andersdenkenden op van zo’n 5.000 boeken, die zich nu in de Zweedse stad Norköpping bevindt.

Tegel voor het Huis met de Hoofden, met citaat van Comenius. Er staat: “De school die geheel aan haar doelstelling beantwoordt, is een werkplaats van humaniteit; ze verlicht het verstand van de leerlingen door de schittering van kennis” (juni 2022).
Het is best ironisch dat deze familie van wapenhandelaren de beschermheer werd van deze filosoof, die vrede predikte en die alle wapens wilde laten omsmelten tot klokken of muziekinstrumenten. Comenius ligt begraven in het familiegraf van zijn beschermheer Laurens de Geer in Naarden.

Plaquette die herinnert aan Comenius’ verblijf in het Huis met de Hoofden. Daarboven Bacchus met een krans van druivenranken (juni 2022).
Embassy of the Free Mind
Met de komst van de Bibliotheca Philosophica Hermetica (de Ritmanbibliotheek) in het Huis met de Hoofden, is ook de historische betekenis van vrijdenkers op deze plek weer ingevuld. In een latere blogpost zal ik de Embassy of the Free Mind en het interieur van het Huis met de Hoofden bespreken.

Huis met de Hoofden, vlag van de Embassy of the Free Mind en plaquette ter herinnering aan Comenius (juni 2022).
If you see this after your page is loaded completely, leafletJS files are missing.