Begijnhof
Het Begijnhof uit de 14e eeuw heeft twee ingangen: één aan het Spui, de andere aan de Gedempte Begijnensloot. De achterkanten van de huizen van het hof zijn te zien op het Spui en op de Nieuwezijds Voorburgwal. De oudste versies van het Begijnhof werden in 1421 en 1452 verwoest door brand — de huidige huizen zijn voornamelijk uit de 17e eeuw; het huis met de houten voorgevel stamt uit de tweede helft van de 15e eeuw.
De Begijnen
Begijnen waren onderdeel van een vrije lekengemeenschap binnen de katholieke kerk, meestal in hofjes zoals dit gehuisvest. Ze woonden alleen en wijdden zich aan gebed en zorg voor armen en zieken — hoewel ze wel een persoonlijke informele gelofte van kuisheid aflegden, stond het ze vrij om op elk moment te vertrekken en te trouwen. Deze vrouwen genoten het beste van twee werelden: ze leefden in de wereld als leken en behielden hun persoonlijke eigendommen, maar ze hadden wel de privileges en bescherming van de officiële religieuze genootschappen.
Het hofje
Op het Begijnhof, gebouwd tussen 1346 en 1389 en gerenoveerd in 1979, staan 105 huizen. Daarvan zijn 47 normale stadshuizen, de meeste met gevels uit de 17e en 18e eeuw — de huizen zelf zijn meestal ouder en hebben een gotisch houtskelet. Het terrein in het hofje ligt op middeleeuws straatniveau, ongeveer 1 meter lager dan de rest van de stad.
Het hofje was oorspronkelijk bijna helemaal omgeven door water, met als enige toegang de poort op de Begijnensteeg, met een brug over de Begijnensloot, gedempt rond 1865 — de poort aan het Spui werd in de 19e eeuw gebouwd.
Bedankt voor het plein, Begijnen
Het Spui was een natuurlijke waterloop van de Boerenwetering in de polder naar de Amstel (Rokin, toen nog water). Dit was ooit de zuidelijke grens van de stad, met als verdediging een rij palen aan de buitenrand van het water. De begijnen hadden de moerasachtige grond verstevigd met afval en zand.
Ze maakten in 1417 een afspraak met de stad om een 4 meter breed pad aan te leggen langs de zuidkant van het Begijnhof. Dit pad zou dan de verbinding vormen tussen de Rozenboomsteeg (van de Kalverstraat tot het Spui) naar de Nieuwezijds Voorburgwal.
De stad moest op haar beurt beloven om niet te bouwen of te laten bouwen aan de hele zuidkant van het hof, zodat de Begijnen vrij uitzicht zouden houden vanuit hun huizen. Elke lege plek van de ommuurde stad, die uit haar voegen barstte, werd al snel gevuld met gebouwen, maar niet het gedempte Spui. We hebben het huidige Spui dus te danken aan deze afspraak. Bedankt, Begijnen!
Behouden tijdens de Alteratie
De Begijnhof-gemeenschap overleefde de Protestantse Reformatie (Alteratie, 1578) als één van de weinige katholieke instellingen, ook al werd hun parochiekerk geconfisceerd en aan de verbannen Engelse Puriteinen gegeven, nu bekend als de Engelse Kerk. Omdat de huizen op het Begijnhof privébezit waren, eigendom van de begijnen zelf, ontliepen ze het lot van veel andere katholieke plekken.
Vlak voor de deur van de kerk werden twee woonhuizen (nummers 29 en 30) veranderd in een katholieke schuilkerk door architect Philip Vingboons, klaar in 1680. Nadat de Heilige Stede kapel op het Rokin werd afgebroken in 1908 werd deze Begijnhofkapel de officiële Mirakelkerk (Mirakel van Amsterdam, 1345). De kerk heeft een eigen uitgang op de Nieuwezijds Voorburgwal.
Het Houten Huys
Het Houten Huys op Begijnhof 34 dateert van ongeveer 1528 — het werd in 1888 ingrijpend verbouwd. In 1957 werd het pand herbouwd met originele materialen en technieken. Het pand heeft stenen buitenmuren en een houten voor- en achterkant, met een vooruitstekende bovenverdieping zoals in de Middeleeuwen gebruikelijk was. Er werd lang gedacht dat dit het oudste bewaarde houten huis in Amsterdam was, maar in 2012 werd ontdekt dat een pand aan de Warmoesstraat 90 een houten constructie uit 1485 heeft achter een 19e eeuwse stenen voorgevel en dus bijna een halve eeuw ouder is dan het houten huis op het Begijnhof.
De poorten van het Begijnhof
De oude poort aan de (nu gedempte) Begijnensloot stamt uit 1574 en werd in 1907 gerestaureerd. Boven de poort een gevelsteen met een afbeelding van Sint Ursula, beschermheilige van de Amsterdamse Begijnen. De poort aan het Spui was van ongeveer 1725 en werd in 1907 vervangen door het huidige gebouw met doorgang.
Op het Begijnhof zijn een flink aantal gevelstenen te zien, de meeste met een sterk katholieke inslag. Er is nog een derde ingang in de noordoosthoek naar het voormalige St. Luciënklooster (nu onderdeel van het Amsterdam Museum), maar die is voor het publiek gesloten.
Private woningen & toerisme-uitwassen
De laatste Amsterdamse begijn stierf in 1971. Vóór de renovatie in 1979 had het hofje 140 woningen — nu zijn er 105 bewoners, allemaal alleenstaande vrouwen. Tot de 20e eeuw waren vrijwel alle huizen eigendom van de bewoners zelf, nu zijn ze verenigd in een stichting die eigenaar is van de meeste gebouwen en van de grond. Kortom: dit is privé-terrein en de stichting heeft het recht om het Begijnhof af te sluiten als ze dat nodig vinden voor het behoud ervan en voor het ongestoorde woongenot van de bewoonsters.
Het Begijnhof staat in de Top 10 van toeristische attracties in Amsterdam, wat helaas ook tot veel uitwassen heeft geleid van gidsen en toeristen die niet begrijpen dat dit geen museum is maar een privaat hofje waar mensen wonen. Een bord geeft nu aan dat grote groepen niet meer zijn toegestaan, terwijl individuele bezoekers welkom zijn, mits ze zich respectvol gedragen.
If you see this after your page is loaded completely, leafletJS files are missing.